Schrijf je bijvoorbeeld ‘ik heb geluncht’ of ‘ik heb gelunchd’? Bepaal eerst de stam van het werkwoord (dit is het hele werkwoord zonder de uitgang -en), in dit geval dus ‘lunch’. De medeklinkers uit ’t kofschip (’t fokschaap) geven aan of een zwak werkwoord een ‘t’ of een ‘d’ krijgt bij het vervoegen in de verleden tijd of bij het voltooid deelwoord. Je hebt natuurlijk al een knappe kop, maar met een ezelsbruggetje vergeet je nooit meer lastige rijtjes, namen en formules.
Zo wordt huiswerk maken en leren een stuk leuker. Zoek per categorie (vak) naar een ezelsbruggetje dat jou helpt om lastige lesstof te onthouden. Wanneer komt er nou wel een t achter dat werkwoord en wanneer niet? Voor de tegenwoordige tijd is er een handig ezelsbruggetje.
Vervang het werkwoord waar je over twijfelt door het werkwoord lopen. Je krijgt twee aanvullende r. Behalve voor het vertalen van woorden, kun je bij ons ook terecht voor synoniemen, puzzelwoorden, rijmwoorden, werkwoordvervoegingen en dialecten. Eigenlijk zijn de regels simpel, vooral gebruikt in de tegenwoordige tijd. Voor de verleden tijd gelden wat meer regels, maar eenmaal gekend is de spelling eenvoudig te gebruiken.
Het ezelsbruggetje in het kort. Aan het ezelsbruggetje van ’t kofschip heb je dus ook niets als het gaat om de tegenwoordige tijd. Het is belangrijk om eerst te bepalen of het werkwoord een pv (persoonsvorm) is.
Uitleg werkwoordspelling. Wat is de onvoltooide tijd ? De onvoltooide tijd is een werkwoord in de tegenwoordige tijd dat een activiteit of toestand uitdrukt die nog bezig is of snel zal plaatsvinden, of een werkwoord in de verleden tijd dat een activiteit in het verleden uitdrukt. Ik lees en ik werk zijn voorbeelden van de onvoltooid tegenwoordige tijd (o.t.t.). Dit ezelsbruggetje kun je alleen gebruiken voor de verleden tijd (gebeurde) en de voltooide tijd (is gebeurd), niet voor de tegenwoordige tijd (gebeurt). Voor het bepalen of een woord op een d of een t moet eindigen, is de tegenwoordige tijd het meest eenvoudig te begrijpen.
Hoe werkt de regel van het kofschip. Met dit werkblad kun je de vervoeging van bijzondere werkwoorden in de tegenwoordige tijd oefenen. Voor bijzondere werkwoorden gelden geen spellingregels. Je moet ze uit je hoofd leren!
Door dit veel en vaak te oefenen, leer je de vervoegingen van de bijzondere werkwoorden in de tegenwoordige tijd uit je hoofd. De vervoeging van de Spaanse werkwoorden. De Spaanse werkwoorden hebben tijden. Zwakke werkwoorden veranderen niet van klank als ze van tijd veranderen. De persoonsvorzet de zin in een andere tijd - Junior Einstein - Er staat altijd maar persoonsvorm in een zin.
Je kunt de persoonsvorm onder andere vinden door de zin in een andere tijd te zetten. Als de zin in de tegenwoordige tijd staat, zet je deze in de verleden tijd of andersom. Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm. Een voorbeeld hiervan is het werkwoord houden. In de eerste persoon onvoltooid tegenwoordige tijd is het ik hou net zoals ik loop.
Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) ik scheel jij scheelt hij scheelt wij schelen jullie schelen zij schelen : Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) ik heb gescheeld jij hebt gescheeld hij heeft gescheeld wij hebben gescheeld jullie hebben gescheeld zij hebben gescheeld : Onvoltooid verleden tijd (ovt) ik scheelde jij scheelde hij scheelde wij. Weet je het ezelsbruggetje voor de tegenwoordige tijd (tt) nog? Heel simpel … je zet op de plek van het werkwoord waarvan je de juiste schrijfwijze wilt weten een vorm van het werkwoord lopen.
Een handig ezelsbruggetje om te bepalen of iets op -de of -te moet eindigen is ‘t Kofschip. Hoe dat gaat leg ik uit in mijn artikel “ Ezelsbruggetje “. Voltooid tegenwoordige tijd. Werkwoord beuken Onvoltooid tegenwoordige tijd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.